Wie was E.J.Cambier ?

Uit: ‘Geschiedenis van het Haagsche Trambedrijf tot 1887’ : W.A. Askamp 1939

“De oude Blom vertelde mij, dat de heer Cambier een man was met de snor van een walrus, altijd voorzien van een groote kromme houten pijp, die nooit leeg was, een groten bruinen bolhoed, rijbroek en steeds vergezeld van eenige jachthonden.

Hij had een afkeer van schrijven en besprak gaarne alles. Volgens mijn zegsman bezocht hij minstens één of tweemaal alle gemeenteraadsleden, de courantenredactie en was overal zeer gezien om zijn gulle taal, een: mengelmoes van Vlaamsch, Waalsch-Fransch en Hollandsch.

Zooals ik in het vorig gedeelte reeds beschreef, was hij ook nog de grondlegger van het Belgische Park in onze stad. Een werkzame natuur, die het in onze deftige Residentie al spoedig te benauwd, te muf en te stil zou vinden.”

Uit: Dagblad van Zuidholland en ‘s Gravenhage – 17 augustus 1876

“Een grootsch plan is door den heer Cambier, directeur der Haagsche Tramway-maatschappij ontworpen : de aanleg van een boulevard tusschen Scheveningen en den Haag. Van de Javastraat traceert de ontwerper twee straten, aanvangende ter hoogte van de Zeestraat en van de Nassaulaan, die in schuinse rigting de Laan Copes van Cattenburch doorsnijdende, te zamen komen op een plein , links van de Catholieke begraafplaats. In regte lijn gaat de boulevard dan voort door de Kerkhoflaan, over het Kanaal, naar het Badhuis. In het midden van dien boulevard is een groot park ontworpen , van waar twee straten uitgaan, een naar den ouden en een naar den Scheveningschen weg. Ter weerszijde zal de boulevard worden begrensd door sierlijke villa’s, tuinen enz. Mogt dit reusachtige plan tot uitvoering komen, dan zou de heer Cambier wel den Haagschen Haussman mogen genoemd worden en zou de residentie een prachtige verfraaijing aan hem te danken hebben”